Zondag, 25 juni, 15.00-17.00 uur
Aanwezig zijn Angelique Janssens, projectleider van Dood in Amsterdam, en haar collega Sanne Muurling. Beiden maken deel uit van het team onderzoekers van de Radboud Universiteit dat met opzienbarende onderzoeksresultaten nieuw licht werpt op de levenscondities van Amsterdammers.
Nieuw is dat deze groep het voor elkaar kreeg dat het Stadsarchief een omvangrijk archief over doodsoorzaken in Amsterdam (1854 – 1940) liet scannen en online zetten. Zo werd opeens ontzettend veel informatie over de gezondheidssituatie van Amsterdammers tussen 1853 en 1940 toegankelijk, ook die van de bewoners van de Jordaan.
Angelique Janssens vertelt over dit project. En zij en collega-onderzoeker Muurling, zullen door ons verzamelde gegevens van gezinnen in de Noord Jordaan duiden. Het betreft gezinnen die leefden tussen 1811 en 1958, en patiënten van Alletta Jacobs geweest hadden kunnen zijn toen zij op het adres Tichelstraat 40 een ‘armenpraktijk’ had. De patiënten van Jacobs waren vrouwen en kinderen, daarom verzamelden wij over hen gegevens.
Meer informatie over dit project in Nijmegen vindt u op de website Dood in Amsterdam
In Het Parool van zaterdag 17 juni 2023 stond op p. 15 over dit project aan de Radbouduniversiteit een groot artikel.
Gedurende veertien jaar hield dr. Aletta Jacobs (1854–1929), de eerste afgestudeerde vrouwelijke arts in Nederland, kosteloos spreekuur voor vrouwen en kinderen. Het eerste spreekuur op het adres Tichelstraat 40 zal op dinsdag 8 april 1890 zijn geweest.
Jacobs ging ook op huisbezoek. Omdat destijds zo’n 82% van haar patiënten aan gangen woonde, begaf zij zich in ‘het netwerk van gangen en dwarsgangen’ achter de gevelwand.
Op deze tochten nam zij Hélène Mercier (1839-1910) mee, die deze wereld nooit had betreden. Deze ging zich daarop inzetten voor de verbetering van de volkshuisvesting.
Jacobs werkte mee aan de Arbeidsenquette van 1887 en gaf voorlichting over voorbehoedsmiddelen en de oorzaken van kindersterfte.
Wij zijn benieuwd naar de kritische ondersteunende commentaren van Angelique Janssens en naar haar adviezen voor verder onderzoek.